Ik ga vandaag alleen aan de hals van de gitaar werken.
Ik begin met het herstellen van het eerste fretboard, waarvan de radius dus niet goed geschuurd is. Op de foto kun je zien dat de linkerzijde dunner is dan de rechterzijde.
Ik begin met de hartlijn van dit fretboard te bepalen en deze wordt met dubbelzijdig tape op de schuurplank geplakt. Vervolgens heb ik met het schuurblok alleen druk uitgeoefend op de te dikke zijde .
Aan de dunste zijde heb ik een kruisje gezet, zodat ik bij het omdraaien van de schuurplank me niet zou vergissen.
Nu (bijna twee uur) schuren en regelmatig controleren of ik op de goede weg ben. Witte potloodmarkeringen helpen me het schuurblok in de juiste helling te houden. Ook op de kopse kant heb ik een markering aangebracht. Het schuurblok houd ik zo vast dat de druk alleen in het midden van het blok plaatsvindt. Langzaam maar zeker zie ik dat de witte markeringen richting de “goede kant” verdwijnen. Ik ben tevreden met het resultaat.
Fretslotjes zagen.
Omdat door het schuren de fretslotten te ondiep zijn geworden, moeten deze nu met de hand opnieuw ingezaagd worden. De zaag heeft een dieptestop, wat geruststellend werkt. 😉
(fretslotten werden eerder door mij fretsleuven genoemd, maar gitaarbouwers houden meer van Engelse namen(?))
Het fretboard is klaar voor verdere bewerkingen
Oorzaak
Op dag 4 waren we al bezig met de neck (ned. hals) van de gitaar en hebben we aan de kop al de oren gelijmd. Achteraf niet de beste volgorde, want de hals dient als geleider voor het frezen van de truss rod gleuf. Nu zitten de oren in de weg!
De oren worden eerst tot aan de kop vlak geschuurd met de bandschuurmachine.
Uiteraard wordt op de nek de hartlijn getekend, en Frank tekent af tot waar de truss rod (ned. halspen of spanstang) komt en waar de gleuf hiervoor moet worden gefreesd.
Er wordt een constructie gemaakt waarbij met resthout een geleider gemaakt wordt.
De frees wordt op de hartlijn en op de juiste diepte (10,5 mm) afgesteld. De moeilijkheid bij het frezen is dit keer, omdat de gleuf doorloopt in de kop om de frees vlak te houden. Omdat de kop een hoek maakt met de neck, heeft de frees de neiging te kantelen,
In model frezen van hals en kop
Met de lintzaag zaag ik vlak langs de contouren van de hals. Het is nu tijd om de neck (hals) in de juiste vorm te frezen. De hals wordt op de mal geplakt (wordt routine) en en aan de freestafel bewerkt. Ook hier weer, steeds een derde tot de helft van de freeskop. Het gedeelte waar kop en hals gelijmd zijn wordt niet gefreesd. Dit wordt later, bij het shapen van de hals, met de hand gedaan.
Dezelfde mal dient ook voor de kop en ook de kop krijgt de gefreesde 😉 behandeling.
Monteren truss rod
De truss rod wordt in de gleuf gelegd en die moet worden afgedekt door een latje, dat er ingelijmd wordt. Het latje wordt passend in de gleuf geschuurd en dan over de lengte afgetekend tot een paar millimeter boven de de hals. Met de lintzaag zaag ik het latje en lijm het in de truss rod gleuf. Tape zorgt ervoor dat het tijdens het drogen aangedrukt blijft.
Kopplaatje
Ik zoek een stukje Rosewood (ned. palisander) uit voor de kopplaat. Deze wordt eerst geschoond en gevlakt tot 3 mm met de vandikteschaaf.
Na het aftekenen zaag ik het plaatje uit. Later wordt dit aan de kop gelijmd en verder gefreesd. Eerder frezen (voordat vastgelijmd op de kop) is een risico vanwege uitbreken van stukjes hout.
Tussendoor met Arischa een bestand uitgewisseld met de afbeeldingen die later in het fretboard met de CNC machine aangebracht worden.
Verder met de hals en truss rod
Intussen is de lijm gedroogd en gaan we verder met het afdeklatje van de truss tod. Met een beitel wordt het latje gelijk met de nek gemaakt.
Tot slot wordt aan de onderkant van de hals een verdikking gelijmd. Dit is nodig om later voldoende materiaal te hebben om de hals aan de body vast te lijmen.
Dit was het dan voor vandaag ( : )